Compostmeesters
               
Merksplas
                            Compostmeesters > Systemen + werking > Het compostvat
Plaats het compostvat op een zonnige plek in de tuin en niet te ver van de keukendeur, zodat je er gemakkelijk bij kan. Door zijn donkere kleur absorbeert het vat de zonnestralen. Zonder uit te drogen warmt het materiaal in het vat dan op en wordt de afbraak versneld. De bodemplaat van het vat plaats je best op een harde, vlakke ondergrond, bij voorkeur op enkele tegels. Hierdoor voorkom je dat deze in de grond zakt.

De geperforeerde en geprofileerde bodemplaat zorgt voor luchttoevoer onderaan in het vat. Hierdoor kan ook het eventuele overtollige vocht wegsijpelen en kunnen de nuttige bodemorganismen zich een toegang verschaffen tot het verterend materiaal.

Op de bodemplaat wordt een tonvormige romp geplaatst, die geen lucht toelaat via de zijkant, zodat het materiaal in het vat niet kan uitdrogen. Onderaan in de romp bevindt zich wel een luik waarlangs je af en toe kan kijken hoever het composteringsproces gevorderd is en waarlangs je de afgewerkte compost kan verwijderen. Bovenaan wordt het vat afgesloten met een deksel dat voorzien is van ventilatiegaten.

Om een goede luchtcirculatie te bewerkstelligen bedek je de bodemplaat best eerst met kleine takjes, resten van snijbloemen of uitgebloeide kamerplanten. Het is het beste het vat bij het opstarten ten minste voor de helft te vullen zodat de temperatuur snel oploopt (40 à 50 °C). Belangrijk is dat je 'groene' materialen (= vochtige materialen zoals: bladeren, schillen, gras,...) vermengt met bruine (= droog, verhout, meestal bruin materiaal zoals: snoeihout, gehakseld hout,...). Je vult vervolgens het compostvat dagelijks bij met kleine hoeveelheden keuken- en tuinafval en je vermengt dat met het aanwezige materiaal.

Twee à drie keer per week belucht je het compostvat met een beluchtingsstok (zie tekening) die op verschillende plaatsen in de compost wordt gestoken, een kwartslag gedraaid en er vervolgens weer wordt uitgetrokken. Hierdoor wordt alles opgeschud en wordt er wat oude compost naar boven gebracht om het nieuwe materiaal mee te enten.
Na enkele maanden kan je oogsten. Dat kan langs het luik, maar handiger is het om hiervoor de volledige mantel weg te nemen. Let er op dat de gaatjes in de bodemplaat niet verstopt zitten, maak ze zuiver alvorens opnieuw op te starten. Het onverteerde materiaal bovenop de compost gebruik je om je vat terug op te starten.